Inhoud

De beroepsverkennende stage (BVS) is de eerste kennismaking met de realiteit van het jobdoelwit. De stage gaat door in de ‘oriënterende fase’ van de dienstverlening.

We starten met een kennismaking met de taken van het beroep in maximaal 5 kalenderdagen. Eventueel kan er daarna nog in kaart worden gebracht wat de competentiekloof is van de werkzoekende ten opzichte van het jobdoelwit.

Spreek het doel van de beroepsverkennende stage op voorhand goed door met de werkzoekende en de werkgever:

• Beroepsverkenning: Is het jobdoelwit geschikt voor jouw klant?
• Daarna kan je in kaart brengen wat de competenties zijn van de klant.

Je bepaalt zelf de duurtijd van de stage met de werkzoekende en de werkgever. De duurtijd is in de eerste plaats afhankelijk van de doelstellingen van de stage. De stage mag niet langer zijn dan nodig is om het doel te bereiken. Per bedrijf kan je maximaal 30 kalenderdagen gebruiken voor een beroepsverkennende stage.

Fase 1: Beroepsverkenning (= Observatie)

Fase 2 Competentiekloof in kaart brengen

We gaan de leerweg van de klant bepalen: de competentiekloof van je klant (zijn kennen en kunnen), ten opzichte van de vereisten van het jobdoelwit vaststellen. Er wordt in samenspraak met de werkgever een stageplan gemaakt waarin het volgende staat:

• Wat gaat de stagiair doen? (Welke taken)
• Waarom gaat de stagiair dit doen? (Per taak vastleggen wat het doel is van het X-aantal uren uitvoeren van die taak).
• Hoe gaat dit gebeuren? (Bijvoorbeeld:  de werkgever legt eerst uit, doet voor, de stagiair voert taken uit onder supervisie van de stagebegeleider,….).
• Wie begeleidt de stagiair? (Deze stagiairs mogen nooit alleen werken! Verplicht uitvoeren van de taken in aanwezigheid van de stagebegeleider van het bedrijf).
• Evaluatie: wat, hoe en waarom evalueren we.

Fase 1 en fase 2 duren samen maximum 30 kalenderdagen per bedrijf.

In welke bedrijven?