Om DNS te installeren kiezen we in het menu van de Server Manager:
- Manage-Add roles and features
- In het eerste scherm klikken we gewoon op Next
- In het volgende scherm kiezen we “Role-based or Feature-based installation”. Klik op Next.
- We nemen de standaard optie “Select a server from the server pool”. Aangezien er maar één server is geregistreerd in de Server Manager, is de juiste server al meteen geselecteerd in de server pool. Klik op Next
- In de lijst vink je DNS server aan. Er zal gevraagd worden om ook de features te installeren. Wanneer je een dynamisch IP-adres hebt, zul je een waarschuwing krijgen. Het is immers een slecht idee om een DNS server te installeren op een machine met een dynamisch IP-adres. Voor een productieserver is het zelfs iets wat men nooit mag doen. Clients hebben immers het IP-adres van de DNS server nodig. En wanneer dat regelmatig verandert wordt het voor een client zeer moeilijk om de server terug te vinden. Klik op Next.
- Bij de Features selecteer je niets extra. De DNS Server tools zijn al geselecteerd in het vorige scherm. Klik op Next.
- Klik op de volgende schermen Next en Install. Je kunt het scherm sluiten.
De DNS server kan zonder verdere configuratie gebruikt worden. Dit is een zogenaamde caching-only DNS Server. De server bevat geen eigen gegevens over namen en IP-adressen, maar wanneer een DNS-client een vraag stelt, wordt het antwoord gecached. We kunnen de cache van een DNS-server zien via View-Advanced.