je eigen mindmap – boostcamp

In de vorige les leerde je dat een mindmap een soort van visuele samenvatting is waarmee je o.a. inzichten over jezelf kan verzamelen. Nu je de theorie kent is het tijd voor een eerste toepassing ervan.

oefening 2: SWOT mindmap

STAP 1: neem een blanco blad en leg het dwars (of gebruik een digitale optie zoals Coggle: https://coggle.it/)

Neem een blad, liefst zonder lijntjes of ruitjes. (Anders ben je geneigd om op de lijntjes te gaan schrijven en is de vorm van je mindmap minder spontaan. De lijnen zijn bovendien ook een visuele afleiding.) Gebruik bij voorkeur een groter formaat (bijvoorbeeld A3) maar een A4 werkt ook prima. Door een groter formaat te gebruiken kan je meer informatie toevoegen, meer ruimte laten tussen de verschillende begrippen om op die manier orde en structuur te scheppen in je mindmap.

TIP: je kan ook gebruik maken van een digitaal tool ipv papier. Op document hieronder vind je een lijst met tools die je kan gebruiken:

STAP 2: noteer je naam in het midden van het blad

STAP 3: bepaal je hoofdideeën/-takken

teken vanuit je naam 4 hoofdtakken:

  • sterktes
  • zwaktes
  • opportuniteiten
  • bedreigingen

zoals in dit voorbeeld:

TIPS: Als je op papier werkt, teken je takken dan op een organische manier (zoals echte takken). Hiermee bedoel ik, vermijd te strakke en rechte lijnen. Geef elke tak voldoende ruimte. Zo vermijd je te kleine letters en onoverzichtelijke mindmaps. Zorg dat elke tak ongeveer even lang is als het woord dat je erop noteert. Zo verspil je geen kostbare plaats en blijft je mindmap overzichtelijk. Om de lengte van de tak in te schatten is het soms handig om eerst je sleutelwoord te noteren en dan pas je takken te tekenen. Om de takken beter van elkaar te onderscheiden kan je verschillende kleuren gebruiken (1 kleur per tak). Teken takken nooit schuiner dan 45°, zo kun je de woorden lezen zonder dat je het blad hoeft te draaien.

STAP 4: schrijf je associaties

schrijf bij elke categorie/hoofdtak/hoofdidee wat in je opkomt.

TIP: Denk hierbij breed. wat wil ik hiermee zeggen? Denk overkoepelend aan ervaringen in je privé en professionele leven (denk aan ervaringen met je vrienden, familie, in je werkervaringen, hobby’s…)

noteer bij:

  • sterktes: dingen waar je goed in bent, waar je al vaak complimenten voor hebt gekregen, talenten, hobby’s, dingen die je leuk vind, positieve eigenschappen die vrienden/familie/werkgevers al hebben benoemd
  • zwaktes: valkuilen, dingen waar je moet op letten, energievreters, dingen die je niet leuk vindt
  • opportuniteiten: mogelijkheden voor je toekomst, dingen waar je graag in zou willen groeien, een wilde droom, een advies die je hebt gekregen maar waar je nog nooit iets mee hebt gedaan
  • bedreigingen: zaken die je het leven niet gemakkelijk zullen maken bv: corona crisis, geen hoger diploma, jonge kinderen en geen opvangnetwerk…

Bij het invullen van deze categoriën kan het helpen om volgend onderscheid te maken:

bij zwaktes en sterktes gaat het vooral over jouw persoonlijk (dus wat zijn jouw persoonlijke sterktes en zwaktes, is een intern verhaal)

bij opportuniteiten en bedreigingen ligt het vaak extern dus gaat het meer over de omstandigheden, je omgeving..

Als je klaar bent met deze oefening dan zie ik je graag terug in Zoom!