Opletten met selectiebias

Er kunnen ook onbewust denkfouten meespelen in een gesprek waarbij er bepaalde zaken onderzocht of gescreend worden. Wees je dus bewust van volgende bias:

  • Halo effect: positieve eigenschappen toewijzen aan iemand obv eerste, positieve indruk. bv. Je bent overtuigd van een kandidaat omdat hij/zij een duidelijke uitspraak heeft (één positief aspect wordt veralgemeend naar andere aspecten)
  • Horn effect: één negatief element overheerst de beoordeling (een negatieve eigenschap, een bepaalde uitstraling, …) waardoor de persoon niet meer objectief beoordeeld wordt
  • Gender: voorbeeld: meer geneigd zijn om een vrouwelijke dan een mannelijke kleuterleraar te selecteren.
  • Assimilatie effect: een middelmatige kandidaat als positiever zien door zijn/haar excellente voorgangers.
  • Contrast effect: een middelmatige kandidaat als negatiever zien door zijn/haar excellente voorgangers.
  • Affiniteitsbias :  bv. talentcoach is sterk overtuigd van een kandidaat, omdat ze veel gemeenschappelijk hebben (zelfde school, zelfde muziekstijl…).
Student, Te Typen, Toetsenbord, Tekst, Opstarten

Omdat het gesprek digitaal verloopt, zijn we extra aandachtig voor enkele zaken:

ObservatieAanpak
Non-verbale communicatieVragen bij het begin van het gesprek van de camera goed te positioneren zodat het gezicht duidelijk in beeld komt. Benoemen van opvallende non-verbale communicatie. Dit kan voor openheid en extra informatie zorgen.
GespreksensitiviteitErvoor zorgen dat er een veilige sfeer van bij het begin is. De cursist op zijn/haar gemak stellen bij het begin van het gesprek. Interviewer zit in ruimte waar hij/zij niet gestoord kan worden. Met vertrouwelijke, gevoelige info niet-oordelend reageren. Coachende, open houding waar alles bespreekbaar is. Ruimte laten voor de kandidaat om na te denken, uit te spreken, …
InteractievlotheidIndien technische moeilijkheden, achtergrondgeluiden of andere stoorzenders langs de kant van de kandidaat mag de interviewer hier niet door beïnvloed worden in de beoordeling. De interviewer benoemt wat hij ervaart/ziet.